Titel: De ogen van Osiris
Auteur: Oliver Pötzsch
Genre: Historische Thriller
Uitgeverij: Boekerij
Publicatiedatum: Januari 2023
Aantal bladzijdes: 442
Recensie: Lilian
Auteur
Oliver Pötzsch werkte als scriptschrijver voor hij zich op het schrijven van boeken toelegde. Van zijn romanreeks over de middeleeuwen gingen miljoenen exemplaren over de toonbank en de boeken werden in twintig talen vertaald. Het boek van de doodgraver is het begin van zijn eerste thrillerserie, die zich afspeelt in negentiende-eeuws Wenen.
Achterflap/samenvatting
Wenen, 1894. Het personeel van het Kunsthistorisches Museum doet een gruwelijke ontdekking. In een ondergrondse opslagruimte bevindt zich een sarcofaag met daarin geen mummie uit het Oude Egypte, maar het zorgvuldig gemummificeerde lijk van Alfons Strössner, een beroemde egyptoloog die kortgeleden nog springlevend was. Om de moordenaar te achterhalen werkt detective Leopold von Herzfeldt samen met doodgraver Augustin Rothmayer. Die weet te vertellen dat professor Strössner twee jaar lang betrokken was bij de uitgraving van de Egyptische tombes van Deir el-Bahri, Arabisch voor ‘het klooster van de zee’. Is de professor slachtoffer geworden van een eeuwenoude vloek?
Ondertussen krijgt forensisch fotograaf Julia Wolf een andere zaak op haar bordje. In de nieuwe dierentuin bij het Prater is een dierenverzorger verminkt door een leeuw. Alles duidt op een ongeluk, maar de hoofdverzorger vermoedt kwade wil. Al snel realiseren Julia, Leopold en Augustin zich dat de twee zaken met elkaar verbonden zijn. Het spoor leidt naar de sociale elite van het chique negentiende-eeuwse Wenen, die even rijk als gewetenloos is.
Mijn mening
Dit boek vertelt het verhaal over de krachtige Julia, ze werkt als fotografe bij de politie. Wat haar zo krachtig maakt is het feit dat ze zich staande houdt in een mannenwereld, want in 1894 was er bij de politie alleen plek voor mannen. Daarnaast is ze een alleenstaande moeder van dochter Sissi die doofstom is. Ze huurt een kamer bij een hoerenmadam en heeft een relatie met Leopold van Herzfeld, hij werkt als inspecteur bij de politie.
In dit boek lopen twee verhaallijnen door elkaar. Die van de vermoorde schandknapen en de zaak over de gemummificeerde professor Alfons Strössner, deze zaken blijken op een meesterlijke manier gelinkt te zijn aan elkaar.
In die tijd was een foto iets heel bijzonders en veel politiemannen zien de noodzaak niet van het lange wachten op een plaat met een tafereel die ze liever niet nogmaals voor de geest willen halen, laat staan zien.
Het mengsel van magnesium, kaliumchloraat en antimoonsulfide ontploft met een harde knal, het siste en rookte, en heel even werd het onnatuurlijk licht in de donkere opslagloods.
Maar het verhaal begint niet bij de vermoorde schandknapen in Wenen, maar in Egypte ergens tussen de ruïnes van het oude Thebe. Daar vindt professor Alfons Strössner per toeval een onaangetast en nog niet geplunderd graf. Deze ontdekking houden de geleerden onder de pet, maar of dit verstandig is? Heerst er een vloek op dit graf?
Pötzsch schetst met zijn schrijfstijl een beeld van Egypte en Wenen die je als lezer direct voor je ziet. Het is allemaal heel filmisch omschreven en je waant je als lezer ook daadwerkelijk in de beschreven omgeving. De scène in de ondergrondse gangenstelsels (riolen) van de stad, laat je zelfs even je adem inhouden, want de stank stijgt bijna op uit het boek.
Elk jaar trekken duizenden mensen uit andere streken hiernaartoe, die simpelweg door de stad worden opgeslokt. En het riool spuugt de restjes uit.
De personages zijn erg goed en levendig omschreven, zodat je als lezer meeleeft en je kunt identificeren met de personages. Zelf vind ik Julia echt enorm stoer, zoals zij zich in een mannenwereld staande houdt en in haar eentje een doofstom kind grootbrengt, echt respect voor haar. Oliver Pötzsch weet met gemak de lezer te verplaatsen naar het Wenen van een eeuw geleden, waar het contrast tussen arm en rijk duidelijk aanwezig is. Het vrouwonvriendelijke klimaat zet Pötzsch goed uiteen en maakt daarmee wel wat los bij als lezer, net zoals de omgang met een uitheemse stam die geëxposeerd wordt in de dierentuin, tenenkrommend….
Het verhaal zit erg goed in elkaar, zelf heb ik het eerste deel (nog) niet gelezen, maar het verhaal was heel goed te volgen. Het eerste deel gaat op mijn lijst om nog te lezen en ik kijk uit naar het vervolg.
Spanning: 3,5
Leesplezier: 4
Schrijfstijl: 3,5
Originaliteit: 4
Psychologie: 4
De ogen van Osiris krijgt van mij 4 sterren.
Lilian
Recensie-exemplaar ontvangen van uitgever Boekerij, waarvoor onze hartelijke dank!