Onlangs verscheen bij A.W. Bruna uitgevers Ik volg je, het thrillerdebuut van Lisa Jewell. Lisa Jewell (Londen, 1968) schreef haar eerste roman, Ralph’s Party, n.a.v. een weddenschap. Het werd in 1998 uitgegeven door Penguin en was dat jaar het bestverkopende debuut. Sindsdien heeft ze 16 boeken geschreven. Enkele jaren geleden is ze van genre veranderd – van chicklit naar steeds donkerder romans naar psychologische thrillers. Met haar laatste thriller belandde ze in Engeland op #1 in de bestsellerlijst en in Amerika in de top tien. Tijd om nader kennis te maken.
Er zijn misschien mensen die je nog niet kennen – wie is Lisa Jewell? Ben je fulltime auteur?
Ik ben een 50-jarige moeder van twee tienerdochters en heb een kleine menagerie aan dieren. Ik woon in Noord-Londen in een mooi huis dat niet ver staat van waar ik ben geboren en ja, ik heb het geluk fulltime auteur te mogen zijn.
Hoe lang schrijf je al? Is het iets dat je altijd hebt willen doen?
Ik begon aan mijn eerste roman in 1995, toen ik zevenentwintig was. Van jongs af aan wilde ik al auteur worden, maar vervolgens wilde ik tijdens mijn tienerjaren muziekjournalist worden en als volwassene werkte ik ineens in de modebranche en heb ik niet meer aan schrijven gedacht tot ik op 26-jarige leeftijd uit een slecht huwelijk kwam en me realiseerde dat ik iets voor mezelf wilde doen. Ik koos voor lessen in creatief schrijven en dat zette me aan tot het overwegen een roman te gaan schrijven.
Een aantal van je eerdere romans zijn in Nederland verschenen. Ik volg je (Watching you) is je thrillerdebuut in Nederland. Waarom ben je van chicklit overgestapt op thrillers?
Het was geen plotselinge overschakeling. Door al mijn vorige boeken liepen al duistere lijnen en naarmate ik ouder werd en mijn leven minder lichtzinnig, begon ik die duistere thema’s steeds verder uit te werken. Het was een langdurige, trage weg naar het punt waarop ik me in staat voelde een moord aan een van mijn boeken toe te voegen. Zelfs toen was ik erg behoedzaam en deed ik het heel voorzichtig omdat ik mijn oorspronkelijke lezers niet kwijt wilde raken.
Is er een groot verschil tussen het schrijven van chicklit en thrillers? Waar geniet je het meeste van?
Thrillers zijn twee keer zo moeilijk om te schrijven vergeleken met romantische fictie of streekromans, omdat alles in een thriller betekenis moet hebben en de lezer naar iets belangrijks moet leiden. Thrillerlezers verwachten meer dan een reis van A naar B; ze willen op doodlopende zijsporen en dwaalsporen worden gezet, ze willen verrassende wendingen. Het is veel ingewikkelder en technischer en het voelt dan ook alsof mijn ‘gereedschapskist’ steeds voller en voller raakt naarmate ik er nieuwe dingen aan toevoeg. Soms kan dat best overweldigend zijn.
Welk type schrijver ben je? Het type dat elk hoofdstuk plant of het type dat begint met een idee en het verhaal en de personages de weg laat leiden?
Nee, ik kan een boek niet plannen. Ik kan niet beslissen wat er in een boek gebeurt zonder het te schrijven. Als ik probeer vooruit te plannen, voelt het alsof ik maar wat aan het gissen ben. Het verhaal komt in me op terwijl ik het op papier zet en ik kan van tevoren niet weten hoe het zal zijn. Het is frustrerend om zo te schrijven omdat ik me voor een groot gedeelte van de tijd gedesorganiseerd en benauwd voel. Maar het is voor mij de enige werkwijze. Ik schrijf het meeste wanneer mijn kinderen op school zitten, aan de eettafel of in het plaatselijke café. Ik ben niet zo van ‘altijd en overal’ kunnen schrijven.
Hoe is het idee voor Ik volg je ontstaan? Is het iets dat je zelf hebt ervaren of waar je bang voor bent?
Ik wilde schrijven over een voorstedelijke liefdesdriehoek die tot moord leidt en had een beeld van een veel jongere vrouw die op een oudere, getrouwde man verkikkerd raakt. Nadat ik Joey en Tom had bedacht, zag ik voor me hoe ze naast elkaar woonden in prachtige, kleurrijke huizen hoog op een heuvel in een claustrofobische enclave, waar iedereen elkaar kan zien. Daarna vond het verhaal op natuurlijke wijze zijn weg naar het voyeurisme en de paranoia die het boek sturen.
Wat lees je zelf graag? Heb je een favoriet genre of een favoriete auteur? En welk boek las je als laatste? Heb je een ultieme favoriet die wij allemaal moeten lezen?
Mijn favoriete genres zijn psychologische thrillers en lichte literatuur (Sally Rooney of Maggie O’Farrell, bijvoorbeeld). Het laatste boek dat ik heb gelezen was een psychologische thriller, Stop at nothing van Tammy Cohen. Het was fantastisch; heel strak, gepolijst en geloofwaardig. Het was ook de doorbraak van een acht maanden durende leesdip; ik had al tijden amper iets gelezen. Dit boek las ik in een week uit. Nu lees ik de nieuwe Alex Marwood, The poison garden. Zij is een fantastische auteur en al heb ik pas 30 pagina’s gelezen, ik zit al helemaal in het verhaal. Iedereen zou Slaap met me (Sleep with me) van Joanna Briscoe moeten lezen, en Alys, always van Harriet Lane, mijn twee favoriete psychologische thrillers.
Wat zou je het liefst willen doen als je geen auteur was geweest?
Ik denk dat ik een uitstekende redacteur zou zijn.
Wat of wie heeft jou in je leven het meeste geïnspireerd?
Goede boeken inspireren me, net als Netflix-series, goede films, interessante gesprekken, vreemde nieuwsverhalen, mensen die ik op straat passeer, de verhalen van andere mensen.
Waarom zou iedereen Ik volg je moeten lezen?
Ik volg je is een traditioneel moordmysterie. Het begint met een dood lichaam in een keuken – we weten niet van wie het is – en gaat dan terug naar zes maanden voor de moord, om te laten zien hoe de inwoners van Melville elkaar hebben beïnvloed en de lezer ernaar te laten raden wie het slachtoffer en de moordenaar zouden kunnen zijn. Het zit vol dwaalsporen en wendingen.