In november 2018 verscheen Onzichtbaar van Edith van Walsum bij uitgeverij LetterRijn, ‘een roman over vervreemding, eenzaamheid en hoop’. Bij Thrillers & More zeiden we dan ook graag ja tegen het organiseren van een leesclub voor dit boek (met onze hartelijke dank aan LetterRijn!) en gingen de volgende lezers in november meteen van start met Onzichtbaar:
Marianne Cramer, Lieselotte Danneels, Ellen van der Ster, Erna Eikhoudt, Bonnie Wielinga-Haring, Dafna Cloose, Heidi de Jonge-Rutgers, Annemarie van de Kuilen en Kelly Illegems.
Benieuwd wat hun ervaring was? Lees het hieronder!
Wat verwacht je van het boek als je de cover ziet? Zou je het boek oppakken als je het in de winkel zag liggen?
Marianne: De cover heeft mooie, wat mysterieuze kleuren. Je ziet (bijna) alleen schaduwen. Juist door de kleuren zou ik hem waarschijnlijk oppakken. Ik heb net twee boeken gelezen waar onzichtbaar zijn ook een thema was (Wees onzichtbaar en Het gym) en ben daarom benieuwd hoe het in dit boek is uitgewerkt.
Lieselotte: Ik vind de cover mysterieus door de schaduw en kleuren die gebruikt zijn. Het is een boek dat me als het in de etalage van een boekwinkel staat naar binnen zou laten gaan om het boek op te nemen en de achterflaptekst te lezen. Ik verwacht een verhaal waar ik in meegenomen word en de tijd uit het oog verlies om aan één stuk door te lezen.
Ellen: Ik vind de cover een beetje rommelig en zou het boek niet gauw oppakken in de winkel. Je moet echt de achterflap lezen om te weten dat er schaduwen worden uitgebeeld. Ben heel benieuwd hoe de vriendschap zich gaat ontwikkelen en wat de personages nog allemaal voor hun kiezen krijgen. De schrijfster ken ik nog niet, dus ik ga er verder blanco in.
Erna: De cover vind ik geweldig. Je gaat direct nadenken over wat voor boek er achter zit. Ik zou het zeker oppakken om de achterkant te lezen. De flaptekst zet ook aan tot nadenken. Hoe zal de vriendschap zich ontwikkelen, hebben ze steun aan elkaar en verbeteren ze elkaar, hoe kijkt de buitenwereld naar hen? De auteur is voor mij onbekend. Maar gezien haar werkzaamheden verwacht ik taalkundig gezien een mooi goed opgebouwd boek.
Bonnie: Ik vind de cover erg mooi. De cover zou er zeker voor zorgen dat ik het boek op pak. Het stukje over het boek op de achterkant vind ik wel kort in vergelijking met het stukje over de schrijfster. Ik ken de schrijfster nog niet. Ik verwacht een verhaal waarbij we de personages langzaam steeds beter leren kennen en dat daardoor het verhaal zich ‘ontrolt’.
Dafna: Prachtige mysterieuze cover, zo met die schaduwen. Die loop je niet zomaar voorbij in de boekhandel.
Heidi: Ik vind de cover mooi, het straalt rust en mysterie uit. Van wie zijn die schaduwen? Ik zou het boek ook zeker oppakken en de achterflap lezen. Ik weet eigenlijk niet goed wat ik kan verwachten, de schrijfster is mij onbekend… dus ik laat me verrassen.
Annemarie: Toen ik gisteren het boek uit de doos haalde dacht ik: Wat een mooie kaft. De voorkant vind ik sprekend. Die schaduw heeft iets mysterieus. De auteur ken ik niet. Ik ga het meemaken.
Kelly: De cover met die schaduwen vind ik mooi. Hij lijkt me een beetje mysterieus. Tof gedaan met die schaduwen. Ik zou het boek wel lezen of lenen bij de bieb als ik de achterflap gezien heb. De auteur is voor mij volledig onbekend. Ik ben benieuwd!
De meerderheid van onze lezers vindt de cover mysterieus en is benieuwd naar de inhoud, dat is wel duidelijk! Wat vinden ze tijdens het lezen?
Bonnie: In het begin moest ik wennen aan de vertelstijl. Vooral bij Diane, met het gebruik van ‘de moeder’, ‘de vader’ en ‘de ouders’. Het creëert een zekere afstand, wat wellicht ook wel de bedoeling is.
Dit vind ik een mooie zin: Sinds hij alle tijd heeft, komt hij nergens meer aan toe.
Verder ben ik heel benieuwd hoe het nu verder gaat. Wat gaat er gebeuren met Hendrik? Waar komt hij terecht? Hoe gaat het verder met Diane en haar ouders? Gaat ze het leuk vinden op haar nieuwe school? Dus ik duik er weer even in.
Heidi: De schrijfstijl pakt mij tot nu toe nog niet, ik vind het een beetje chaotisch overkomen. Wel zit er de nodige humor in het verhaal, dat vind ik wel leuk. Ik kan me tot dusver niet met een personage identificeren.
Annemarie: Het boek leest wel vlot. Alleen heb ik nog niet het “Ja, dit is het.” gevoel. Ik ben intussen wel over de helft. Vanavond lees ik weer verder.
Hier heb ik net hard om gelachen: Een gesprek met iemand van de thuiszorg die een kant op gaat die Hendrik niet bevalt. Hij laat haar niet uit, zegt geen gedag, blijft stil zitten terwijl de vrouw verongelijkt haar schriften en pennen opbergt en als een giraf met opgeheven kop en op hoge poten zijn huis verlaat.
Marianne: Het boek leest vlot. De verschillende hoofdstukken (Diane of Hendrik) hebben een duidelijk verschillend taalgebruik. Ik hou wel van boeken waarin tijdens de ontwikkeling van het verhaal het afwisselend beschreven wordt vanuit het perspectief van de verschillende personen.
De bleke armen…… liggen als niet-afgebakken, kleffe stokbroden in haar schoot.
Zo kan een puber het precies verwoorden!
Erna: Prachtig poëtisch en beeldend taalgebruik. Eigenlijk gebeurt er niet veel, maar ook weer wel. En dat laatste komt doordat er zoveel mooie zinnen in zitten die tot nadenken aanzetten. Ik heb het al aanbevolen aan een vriendin. Juist vanwege het mooie taalgebruik.
Ellen: Het boek leest wel vlot, maar is geen pageturner. Je moet het net zo lezen als het boek is geschreven: heel rustig, op je gemak. Er zit wel veel humor in. Het water van het IJsselmeer is door de hitte van de afgelopen dagen lauw als een plas urine, waarin zeiknatte hoofden dobberen. Zo zijn er meer van die woordspelingen door het boek heen.
Dafna: Ik vind het taalgebruik erg prettig. Normaal heb ik moeite met meerdere personages, maar Hendrik en Diane praten alle twee zo anders dat het me geen moeite kost. Ook de korte hoofdstukken en het lettertype zijn fijn.
Kelly: Ik vind het een tof verhaal. Het leest heel erg vlot. De schrijfstijl is iets anders dan ik gewend ben, maar ik vind het wel tof. Ik kan me vooral met Hendrik identificeren. Hij is eigenwijs en wil zoveel mogelijk doen.
Heel wisselende ervaringen dus, maar wat terugkomt bij iedereen is het fijne taalgebruik en de individuele stemmen van de hoofdpersonen. Welke vragen hadden onze lezers tijdens het lezen nog voor auteur Edith van Walsum?
Waarom heb je ervoor gekozen om Diane’s moeder zo dik te laten zijn? Voor het verhaal is het, denk ik, niet echt nodig, maar het wordt wel vaak benoemd? (Bonnie)
Dat was niet zozeer een keuze, Bonnie, zo kwamen zij mijn hoofd binnen. Moeder was dik, vader vierkant en Diane dun. Nina is bruin en Sonja heeft grote borsten. Zij maken er geen probleem van. Er is niks mis met dik, dun, bruin, kleine of grote borsten. Ze zijn zoals ze zijn.
Hier wil ik ook even op inhaken: had dit ermee te maken dat Diane zo weinig at en zoveel ging rennen? Ik had het gevoel dat ze aan anorexia leed. (Lieselotte)
Diane heeft geen anorexia, ze is gewoon mager. Dunne mensen bestaan ook en hebben niet allemaal per se een stoornis. Ze rent omdat ze rennen fijn vindt; gezellig samen met Sebastiaan en ook om af en toe het huis te ontvluchten.’
Misschien is dit een open deur, maar hoe ben je op het idee van de cover gekomen? En ook de beeldspraak, zoals bijvoorbeeld over de armen als stokbroden? (Dafna)
Onzichtbaar is de titel, dat wilde ik doorvoeren in de cover. Vandaar dat de personages niet zichtbaar zijn, maar wel hun schaduw. En beeldspraak komt voort uit je fantasie. In een wolk kun je een olifant ontdekken en in een witte arm kun je een ongebakken stokbrood zien.
Hoeveel van jezelf zit er in Diana? In ieder geval de liefde voor honden, als ik naar de foto achterop kijk, maar wellicht nog meer? (Erna)
In ieder boek en elk personage zit wel een flard van mij. Ze komen uit mij, dus er zal ook wel iets van mijzelf in zitten. Maar bovenal zijn de personages zichzelf en gaan ze grotendeels hun eigen gang.
En inderdaad, ik ben gek op dieren. Ik heb een hond en twee katten.
Heb je er bewust voor gekozen om het verhaal vanuit de derde persoon te schrijven? (Heidi)
Nee. Als de personen in m’n hoofd gaan leven en eruit willen, is het veel natuurlijker om hen zelf aan het woord te laten. Ik schrijf nooit in de ik-vorm.
Hoe kwam je op het idee om auteur te worden? (Kelly)
Zodra ik leerde lezen en schrijven was ik verrukt. Ik las stapels boeken en schreef verhaaltjes, gedichten en dagboeken. Schrijven is mijn passie en mijn kern.
Hoe ben je op het idee voor dit boek gekomen? De personages, het verhaal, et cetera? (Dafna)
Ik had geen idee. Geen verhaal en geen personages. Hooguit iets vaags over een meisje en een man en een hond. Als de onrust in mijn hoofd en lijf toeneemt begin ik met schrijven. Diane verscheen en even later Hendrik. Zij ontwikkelden een duidelijke eigen persoonlijkheid tijdens het verhaal. Het is een bijna mystiek proces, waar ik weinig vat op heb. Niet denken, niet sturen, maar loslaten. Eenmaal in de flow stroomt het verhaal er bijna vanzelf uit.
Hoe kom je op deze schrijfstijl, met veel beeldspraak en ook veel humor? (Ellen)
Ik weet niet hoe ik aan deze stijl kom. Ik denk dat de meeste schrijvers wel een eigen stijl hebben die zich gaandeweg ontwikkelt. Dit is dan kennelijk mijn stijl. En dank voor het compliment, Ellen.
Is het dorp of de stad waar je boek zich afspeelt fictief? Of heb je je laten inspireren door een bestaande plaats? (Dafna)
Ik woon in Hoorn en het verhaal speelt zich daar af. Een stadje aan het mooie IJsselmeer.
Na Edith het vuur aan de schenen te hebben gelegd, zijn de lezers zelf weer aan de beurt met vragen beantwoorden:
De cover zal je een bepaald idee/gevoel gegeven hebben over de inhoud van het boek, klopt dit nog na het lezen van het boek?
Erna: De cover vond ik direct mooi. Ik was benieuwd naar de betekenis er achter. Na het lezen vind ik de cover erg goed passen bij de inhoud van het boek. Gezien worden en toch ook weer niet, heel symbolisch.
Bonnie: Ik had vooraf het idee dat we de personages beter zouden leren kennen en het verhaal zich via hen zou ontrollen. Dat klopte voor mijn gevoel heel goed. Langzaam ontdekte ik steeds meer over Diane en Hendrik en vielen puzzelstukjes op hun plek.
Annemarie: Dat vind ik een moeilijke vraag, omdat ik nooit uitga van de cover van een boek. Meestal geeft de proloog de doorslag.
Ellen: Na het lezen van het boek begrijp ik de schaduwen wel, maar vind dit nog steeds niet goed uitgebeeld op de cover.
Welke scene uit het boek is je het meest bijgebleven en waarom?
Annemarie: De scene die me het meest bijblijft is wanneer Hendrik vertelt dat hij een hond wil, waar Diana en Nina heel blij van worden.
Marianne: Een van de scenes die me het meest bijgebleven is, is als Hendrik met zijn hond naar het schoolplein komt en hoe Diane reageert. En de doortastendheid van Nina.
Erna: Ik vond de scene in het ziekenhuis opvallend. Het over Hendrik heen praten en hem niet betrekken bij zijn eigen medische toestand.
Kun jij je identificeren met de hoofdpersoon? Wat zou jij hebben gedaan als je in de situatie van de hoofdpersoon zat?
Kelly: Ik ben graag afhankelijk maar onafhankelijk, dus een combinatie van Hendrik en Diane.
Heidi: Ik kon me niet identificeren met een van de hoofdpersonages, daar bleven ze voor mij te vlak voor. Dit heeft in mijn geval echt met de schrijfstijl te maken.
Marianne: Nee, identificeren niet. Kan me er wel een beeld bij vormen en dan vooral dat Hendrik niet afhankelijk wil zijn van anderen.
Lieselotte: Identificeren is een groot woord. Er zijn bepaalde aspecten, die ik wel kan herkennen in Diane en Hendrik. Zoals Diane die zich een onzekere puber voelt. Zo hebben we ons allemaal wel als puber gevoeld, ook met die machteloosheid omdat haar ouders haar niet begrijpen. Dat ze zich alleen voelt is herkenbaar. Uiteindelijk met ouder worden veranderd dit wel.
In Hendrik herken ik vooral zijn koppigheid en trots, het niemand willen lastigvallen met zijn problemen en geen hulp durven vragen.
Kun je de titel van het boek verklaren? Dekt de titel de inhoud van het verhaal? Weet jij zelf een andere titel die bij het boek past?
Ellen: Onzichtbaar zijn de mensen, zelfs degenen die pal naast je wonen. Iedereen is zo bezig met zichzelf dat er geen oog meer voor andere zaken is. En dat komt geregeld naar voren in het boek. Ik vind het dus een goede titel die de lading dekt. Schaduwmensen vind ik ook een goede titel omdat de mensen in de schaduw leven, dus niet worden gezien door anderen.
Erna: De titel van het boek vind ik goed gekozen, zowel Hendrik als Diane worden wel gezien maar hoe ze echt zijn en wat ze echt willen, nemen hun naasten niet echt waar. Onbegrepen zou ik ook als titel kunnen bedenken.
Bonnie: Net als de cover vind ik de titel heel mooi bij het boek passen! Voor mijn gevoel dekt de titel zowel het verhaal van Hendrik als dat van Diane. Wat ik ook mooi vind is de ontwikkeling daarin door het boek heen. Voor allebei was ‘onzichtbaar zijn’ hun startpunt, maar niet hun eindpunt.
Wat kun je zeggen over de schrijfstijl?
Kelly: Vlot!
Marianne: Vlotte schrijfstijl, veel mooie beeldspraak en daardoor pakkend. En naast humoristisch ook poëtisch op veel plaatsen.
Heidi: De schrijfstijl is niet echt mijn favoriet, het is vanuit de derde persoon geschreven, dit zorgt voor afstand tussen de personages en de lezer. In mijn geval pakt het verhaal me dan ook niet en blijven de personages vlak. Ook zorgde het ervoor dat ik het geheel wat chaotisch over vond komen.
Bonnie: Ik vind de schrijfstijl heel prettig. De hoofdstukken van Diane en Hendrik hadden echt heel verschillend taalgebruik, dus het was (naast de kopjes) meteen duidelijk over wie ik aan het lezen was. Ik vond de verhalen lijnen zich mooi ontwikkelen en ook mooi bij elkaar komen.
Wat vind je van de opbouw van het verhaal? Hoe ontwikkelt het plot zich?
Dafna: Het plot vond ik wat rommelig en het verhaal had een beter einde verdiend. Nu voelde het wat onaf en abrupt.
Erna: Het verhaal kabbelt voort zoals het werkelijke leven dat ook doet, heel realistisch. Het laatste deel van het boek vond ik ineens heel heftig.
Heeft de auteur je kunnen raken? En op welke manier? In positieve of in negatieve zin?
Erna: De auteur heeft me wel kunnen raken. De eenzaamheid, het onbegrepen voelen kwam zeer zeker binnen.
Dafna: Het boek heeft me zeker geraakt vooral omdat het erg actueel is, het gaat over eenzaamheid.
Annemarie: De auteur heeft mij wel kunnen raken met de grappige zinnen die in het boek staan. Ik vind ze heel komisch.
Welke verwachtingen had je vooraf? Zijn deze wel of niet uitgekomen?
Heidi: Ik wist eigenlijk niet goed wat ik precies kon verwachten van dit boek. Helaas kon ik na het lezen alleen maar concluderen dat dit niet echt mijn soort boek is. Dat kan gebeuren, jammer.
Bonnie: De verwachtingen die ik van het boek had zijn zeker uitgekomen. Door middel van de korte hoofdstukken leerde ik Hendrik en Diane en hun verhalen steeds beter kennen. Door het filmpje vooraf verwachtte ik meer spanning. Dat verbaasde me en kwam ook niet echt terug in het boek. Daarmee zou ik wel oppassen.
Kelly: Ik kende haar niet, nu ik dit heb gelezen ga ik wel een boek van haar lenen in de bieb!
Marianne: Vooraf had ik geen echte verwachtingen, omdat ik de schrijfster niet kende en me daarom graag liet verrassen. En dat is gelukt, zelfs zo goed dat ik haar andere boeken op mijn wil-ik-lezen-lijstje gezet heb.
De eindconclusie van deze leesclub is eenduidig met gemiddeld 3 sterren voor Onzichtbaar van Edith van Walsum.
Edith, uitgeverij LetterRijn en onze lezers: ontzettend bedankt voor het mogelijk maken van deze leesclub!