Ik geef het toe – zelfs voor iemand die graag en veel leest, is zes boeken in een maand best een opgave wanneer de helft daarvan uit sportboeken bestaat en een van de boeken een wat ongecoördineerd relaas is over een van de gevaarlijkste mannen van Nederland (en dat 571 bladzijden).
Al mag je een gegeven boek niet in de bek kijken, natuurlijk, en zeker geen zes.
Mijn oorspronkelijke plan was om een korte recensie van ieder boek te maken als onderdeel van het kernjurylidmaatschap. Maar, nou ja, iets met hooi en een vork.
Toch wil ik graag een paar regels aan elk boek wijden (ook degenen die ik nog niet uit heb – sorry meneer Cruijff, sorry meneer Mak, ik ben ook maar een mens) voor ik mijn stem officieel ga uitbrengen.
Komt ie – de onofficiële NS Publieksprijs Roundup:
Thomas Dekker: Mijn Strijd
In Thomas Dekker – Mijn gevecht schudt Thomas Dekker alle leugens van zich af en vertelt hij zijn verhaal. Mijn gevecht is een boek geschreven met lef, dat snel wegleest, verdeeld in niet al te lange hoofdstukken, met duidelijke kop en staart. Het geeft je een onverwachte, verhelderende inkijk in het leven van Thomas Dekker. Uiteindelijk gaf ik het 3 sterren.
Huidpijn
Huidpijn gaat over een wanhopige kinderwens en de duistere kant die ieder mens heeft – de een iets meer dan de ander. Het is een lekker simpel ‘even tussendoor’-boek, dat me door de wat oppervlakkige stijl niet echt kon overtuigen, maar toch 3.5 sterren van me krijgt.
De Wereld Volgens Gijp
De Wereld Volgens Gijp had oorspronkelijk een soort sportgids voor de zomer van 2016 moeten zijn. Dat is het tot halverwege het boek. Dan komt het telefoontje: de partner van Gijp is plotseling overleden. Vervolgens verschuift de focus naar het leven na dat telefoontje.
Eigenlijk heb ik nooit de behoefte gevoeld me te verdiepen in het leven van René van der Gijp. Dat er al eerder een boek is geschreven over Gijp is dan ook volledig langs me heen te gaan. Dankzij de vlotte pen van Michel van Egmond en de bijzondere persoonlijkheid van René van der Gijp bleek het uiteindelijk helemaal niet zo’n straf om dit boek te lezen als ik van tevoren verwachtte. Soms wenste ik zelf dat ik wat meer de levenshouding had van Gijp, die eigenlijk vooral niet zo moeilijk over de dingen lijkt te willen doen. Op basis van het leesplezier dat ik bij dit boek had, zou ik het boek 3.5 sterren geven.
Judas
Iedereen weet wel waar Judas over gaat. Het veelbesproken boek van Astrid Holleeder is vele malen over de toonbank gegaan en heeft inmiddels ook een vervolg. Bij het beoordelen van Judas sla ik een beetje aan de twijfel. Hoeveel moed heb je moeten verzamelen om te getuigen tegen een monster, en om dit boek te schrijven? De situaties die beschreven worden, zijn vaak te bizar voor woorden.
En toch ontbreekt er iets, namelijk duidelijkheid. Verleden en heden lopen door elkaar, alleen aangeduid met een jaartal of periode van jaren. Tot ik driekwart gelezen had, wist ik niet precies wie Saskia was, pas toen werd uitgelegd dat ze de weduwe was van een slachtoffer van Willem Holleeder. Het lijkt me vrijwel onmogelijk om Judas geheim te moeten houden tot de publicatiedatum en toch goed redactiewerk op uit te voeren, maar ik zou er als uitgeverij nu toch echt goed met de rode pen doorheen gaan. Het was afzien. Ook Judas krijgt van mij een behoorlijk lage waardering, ondanks het belang van dit boek: 3 sterren.
Johan Cruijff: Mijn Verhaal
Ik voldoe er waarschijnlijk mee aan een stereotype, maar ik hou niet van voetbal. Als ik moet kiezen, ga ik ter ontspanning liever naar een concert of pak ik, hoe kan het ook anders, een boek. In het verhaal van Cruijff wordt een combinatie van autobiografie en filosofie gegeven. Het lezen van typisch Cruijffiaanse uitspraken is zelfs voor mij af en toe best vermakelijk. Maar je moet van Cruijff houden, denk ik. Anders is Mijn Verhaal vooral een verzameling van voort-meanderende anekdotes. Dit boek heeft een grote kans om te winnen; er zijn vele Cruijff-fans, en wat is er mooier voor hen dan een boek dat niet over maar door hun held verteld wordt? Daarom voel ik me niet zo schuldig dat ik niet op dit boek ga stemmen. Mijn stem heeft het niet nodig.
De Levens van Jan Six
Hoewel ik nog maar een paar pagina’s heb kunnen lezen van Jan Six, spreekt het boek me verrassend genoeg meer aan dan wat ik tot nu toe heb gelezen. Een apart gevoel om na een paar weken van ‘muah’ een boek te lezen waarbij je denkt ‘hé – boeiend!’ (Wie hoorde er nog meer Hans Teeuwen in z’n hoofd? Alleen ik? Oké. Moving on.). Het helpt dat Mak met bezieling en met humor schrijft over de generaties Six dat ik nu alweer zin heb om vanavond weer verder te lezen. Het plezier dat hij erin moet hebben gehad om deze geschiedenis op te schrijven, spat van de pagina’s af. En dat helpt.
Mijn keuze
Als je bovenstaande zo leest, is het volgens mij vrij duidelijk naar welk boek mijn voorkeur uitgaat. Waar ik de andere boeken las met een gevoel van ‘oh ja, goh, wel aardig’ (en dat zijn ze echt), weet Jan Six me bij het eerste hoofdstuk al te boeien. Iets dat ik heel eerlijk gezegd helemaal niet had verwacht.
Het liefst zou ik stemmen op een van de minder bekende maar minstens zo talentvolle auteurs die Nederland telt, alleen zou hun kans op winst waarschijnlijk erg gering zijn.
Daarom gaat mijn stem uit naar De Levens van Jan Six door Geert Mak, een boek dat met plezier geschreven is en laat zien hoe veelzijdig een familiegeschiedenis is, die ook staat voor een periode uit de Nederlandse geschiedenis. De schrijver die eigenlijk het minst spectaculaire praatje had bij de bekendmaking van de NS shortlist, is voor mij verrassend genoeg toch de winnaar!
Tot slot wil ik nog even kwijt dat ik het enorm tof vond om mee te doen aan de NS Kernjury. Een bijzondere ervaring vanaf de installatie van de kernjury. Hopelijk volgt er nog een volgende keer!
Op wie stemmen jullie? Wel doen, hè? Het kan nog tot woensdag 22 november.
https://www.nspublieksprijs.nl/stem/6faa8040da20ef399b63a72d0e4ab575
-Yfke Brandhout